Anna van Rijswijk (1841-1922) was een van de vele straatarme Amsterdamse vrouwen die zich tijdens de smerige negentiende eeuw uit de goot omhoog werkten en zorgden dat hun kinderen het beter hadden dan zij. Anna onderhield vanuit een kelder in de Haarlemmerstraat haar gezin (van zes kinderen, waarvan drie als baby overleden) door groente te verkopen. Haar kinderen woonden als volwassenen in hygiënische huizen, haar kleinkinderen gingen naar school, haar achterkleindkinderen gingen naar de universiteit. Ik ben een achter-achterkleinzoon, en ik ben haar heel erg veel verschuldigd. Vrouwen als zij maakten Amsterdam de stad die het nu is. Een ode.
Ode aan Anna van Rijswijk, Vrouwen van Amsterdam, Amsterdam Museum 2024